De meeste Hybrides en EV's vragen om specifieke aandacht als het gaat om aircoservice. Hoe zorg je ervoor dat de POE-oliën van een EV niet niet vermengd raken met de traditionele PAG-oliën?
We beginnen bij Innovam-trainer Johan Versteeg. Hij wijst op twee aandachtspunten: “In systemen met warmtepomp en koeling van de HV-batterij zitten vaak elektrokleppen om bepaalde circuits te openen of te sluiten. Bij het legen en vullen kunnen die extra handelingen vragen. Raadpleeg daarvoor de fabrieksmethode.”
Zijn tweede aandachtspunt is de compressorolie. Omdat de compressor in zulke voertuigen meestal elektrisch aangedreven is, mag de olie niet geleidend zijn. Vandaar dat meestal een POE-olie wordt voorgeschreven, terwijl we bij conventionele auto’s gewend zijn aan PAG-oliën. Versteeg adviseert dan ook: “Gebruik altijd de door de fabriek voorgeschreven soort en hoeveelheid olie.”
Beide punten worden door de meeste aircoserviceleveranciers ook genoemd. Wat het eerste punt betreft, geeft Arnold Vennink van Snap-on aan dat die kleppen met de diagnoseapparatuur open en dicht geschakeld moeten kunnen worden om de aircoservice uit te voeren.Johan van Egmond van Aircotechniek gebruikt een alternatieve methode: “Het aircosysteem dient in zulke auto’s ook als verwarming voor het interieur en het zorgt voor koeling van het accupakket. Om dat te realiseren, zitten er heel wat meer leidingen aan zo’n aircosysteem. Als je zo’n systeem wilt afpersen, is het noodzakelijk alle afsluiters te openen in het aircosysteem. Dat zal ongetwijfeld softwarematig kunnen, maar kan ook met een magneet.”
En wat nou als er toch verkeerde olie in het aircosysteem is terechtgekomen? “Dat kan serieuze schade veroorzaken aan het aircosysteem”, zegt Remco Hoebeke van Unicorn. “Om dit te herstellen spoel je, na het eventueel vervangen van onderdelen als compressor of expansieventiel, het aircosysteem om de foutieve olie eruit te halen.”
Dan het punt van de olie. Daar delen de leveranciers zich op in twee kampen. Johan van Egmond van Aircotechniek zou je de aanvoerder van het kamp ‘Universele olie’ noemen: “Voor de monteur is het ondoenlijk om voor iedere auto uit te zoeken welke olie er in de compressor moet. De juiste gegevens hierover staan alleen vermeld op de compressor zelf. Vervolgens moet de olie gewisseld worden in de aircomachine, en moet de machine inwendig gespoeld worden.
Anders heeft het namelijk geen zin. Dan wordt alleen maar de voorlaatste olie in het aircosysteem gevuld. Met alle gevolgen van dien.” Dus concludeert hij: “Natuurlijk is een OE-olie aan te bevelen, in de praktijk is dat niet te doen. Daarom gebruiken en verkopen wij de universele olie van Supercool.”
Maurits Golüke van CBX zit ook in dat kamp: “Uiteraard behoor je altijd de door de fabrikant voorgeschreven olie toe te passen, maar een universele olie is ook mogelijk.” Alhoewel: “Bij een reparatie altijd de nieuwe olie die bij het systeem hoort toepassen!”
Airco-onderdelenleverancier Nissens zit overduidelijk in het andere kamp. Corné Schoonen: “Universele olie is een no-go!” Joost Bouwmeister van Dometic zit daar ook, maar hij snapt het argument van Johan van Egmond over het inwendig spoelen van de aircomachine maar al te goed. Hij legde al eens uit dat PAG en POE absoluut niet met elkaar vermengd mogen raken, ook geen kleine beetjes.
Hij legde toen ook uit dat de SAE J2843H-norm voor R1234yf-serviceapparatuur een maximale kruisbesmetting van 0,1 procent van het olievolume toestaat. En dat er spoelapparatuur bestaat om die kruisbesmetting te voorkomen. Die spoelapparatuur kan ook nog achteraf in bestaande Waeco-aircoservicestations worden ingebouwd.
Ook met de Robinair-machines van Stokvis voorkom je die kruisbesmetting. Directeur Arian van den Berg geeft uitleg: “Het is zaak om besmetting van POE- en PAG-olie te voorkomen. Dat kan door na het verwisselen van het oliereservoir de aircomachine te spoelen.
Beter en veiliger is een volledig gescheiden systeem tussen POE- en PAG-olie, zoals in de machine die Robinair aanbiedt. Daarbij zijn er drie vloeistofreservoirs aangesloten op het servicestation en zijn alle componenten die met de verschillende oliesoorten in aanraking komen van elkaar gescheiden. Alleen de serviceslangen worden gespoeld. Robinair garandeert zo een kruisbesmetting van minder dan 0,1 procent.”
Buiten de machine omRichard Groot van Denso realiseert zich dat niet iedere werkplaats over zo’n geavanceerde machine beschikt: “Omdat niet iedere aircoservicemachine twee typen olie aankan, of een spoelprogramma heeft om het inwendige van de machine te reinigen, is het vaak beter om de olie met een aparte injector toe te voegen, buiten de machine om. Zo geef je ‘vervuiling’ door vermenging geen kans.”